|
 |
Het OSI model (Open Systems Interconnection)
Het OSI model is bedoeld om het proces van netwerk-communicatie te begrijpen. Elke laag is afhankelijk van iedere laag er onder. Het is goed te vergelijken met het post systeem. Wanneer u een brief verstuurt maakt u ook min of meer gebruik van een protocol. Er komt (soms) een afzender op, er moet een geadresseerde (bestemming) op staan: naam, adres en stad (eventueel het land). Een postzegel is nodig en dan bent u afhankelijk van de volgende lagen. Na het op de bus gooien van de brief komt hij in het systeem van het postkantoor. Hier wordt hij “behandeld” in allerlei lagen als vervoer, het kantoor zelf (selectieprocedure), de fietstassen van de postbode, etc. Tot hij uiteindelijk bij de geadresseerde aankomt.
Het OSI model bestaat uit de volgende lagen:
Applicatielaag Houdt zich voornamelijk bezig met het verkrijgen van de informatie bij de applicaties (http, ftp).
Presentatielaag Presenteert informatie aan de applicatielaag.
Sessielaag Zet een sessie op en stopt deze tussen de ene en de andere computer.
Transportlaag De transportlaag breekt de boodschap op in pakketten. Elk pakket heeft zijn eigen nummeringssysteem en is deel van het groter geheel (TCP en UDP).
Netwerk laag Tussen de bron en de bestemming zit een matrix. De netwerklaag houdt zich bezig met het vinden van de snelste route (IP).
Datalink laag Iedere netwerkkaart heeft een uniek adres (MAC adres en LLC).
Fysieke laag Deze laag zorgt dat de nulletjes en eentje van de afzender bij de bestemming komen (kabels, hubs, repeaters).
All |
Application |
HTTP FTP |
People |
Presentation |
ASCI (binare nummers naar
letters) |
Seem
|
Session |
Open en sluit sessie’s |
To
|
Transport |
TCP en UDP |
Need |
Network |
Link State Protocals - Routers |
Data |
Datalink |
MAC |
Processing |
Physical |
Repeater, Kabel, Hub |
Het OSI Model
|
|
|
|